Monumenten

De Ermida de São Brás (Kapel van Sint-Blasius), buiten de muren van Évora gelegen, werd gebouwd op bevel van Johan II, in 1480, op de plaats van een klein hospitaal waar de zieken werden behandeld die aangetast waren door de pest. Het volk van Évora en de kroon en de uitvoerder van het bouwwerk, Dom Garcia de Meneses, Bisschop van Évora, toonden op die manier hun devotie voor Sint-Blasius, beschermheer van de slachtoffers van epidemieën.

Hoewel de bouwheer onbekend is, is het één van de belangrijkste bouwwerken van de stad Évora. Het is een vroeg voorbeeld van de manuelijnse-mudejar stijl, wijd verspreid over de hele Alentejo, die gekenmerkt wordt door het gebruik van cilindrische steunberen met kegelvormige daken. De tempel luidt het begin van de laat-gotiek in Évora, samen met de Igreja dos Lóios (Loioskerk) en de Igreja de São Francisco (Sint-Franciscuskerk). Wat de architectuur betreft vallen de granieten waterspuwers op langsheen heel het gebouw, met dierkundige motieven.

Binnenin springen de muurtegelpanelen uit de 16de eeuw in het oog, met mudejar invloeden, met een wit-groen geometrisch patroon, alsook de altaren uit verguld houtsnijwerk uit de 19de eeuw, gewijd aan Sint-Romanus en aan Onze-Lieve-Vrouw van het Licht. Op het hoofdaltaar is een beeltenis te zien van de patroonheilige.

In de 16de eeuw werd de kerk door Hendrik de Zeevaarder verrijkt.